In het tweede blog hebben we al gezien dat voetballers tijdens de wedstrijden korte, explosieve acties continu afwisselen met langere periodes van lage tot middelmatige intensiteit. Spelers zullen dit grillige patroon van activiteiten gedurende minimaal 90 minuten moeten volhouden. Op basis van de fysieke eisen die aan een voetballer worden gesteld, kunnen we dan ook concluderen dat alle energiesystemen een bijdrage leveren aan de uiteindelijke voetbalprestatie.
Wat bedoelen we eigenlijk met deze term “energiesystemen”?
Op deze vraag zullen we in een aantal blogs een antwoord geven…
Elke lichaamsbeweging komt tot stand door het samentrekken van spieren. Deze spiercontracties kosten energie en ons lichaam haalt de benodigde energie uit onze voeding. Wanneer deze voeding het spijsverteringsstelsel passeert, zal het via een complex proces worden afgebroken en verteerd…
Het voedsel wordt in de mond gekauwd en vermengd met speeksel. De enzymen in het speeksel zorgen voor een eerste afbraak van de koolhydraten. Daarnaast wordt het voedsel door dit speeksel bevochtigd zodat we het gemakkelijker kunnen doorslikken. Vervolgens gaat de voedselbrij via de slokdarm naar de maag, waar deze vermengd wordt met maagzuur en enzymen. Dit maagzuur en de enzymen zorgen samen voor de eerste afbraak van de eiwitten en het doden van bacteriën. Vanuit de maag komt de voedselbrij in de dunne darm, waar de belangrijkste vertering en opname plaatsvindt: gal (afgegeven door de lever) en enzymen (afgegeven door de alvleesklier) zorgen niet alleen voor een verdere afbraak van de koolhydraten en eiwitten, maar breken ook de aanwezige vetten af. De afgebroken voedingsstoffen worden uiteindelijk via de darmwand in het bloed opgenomen en naar alle cellen van het lichaam vervoerd.
Wat gebeurt er vervolgens met deze afgebroken koolhydraten, vetten en eiwitten?...
- Koolhydraten worden door het spijsverteringsstelsel afgebroken tot glucose. De glucose die -na opname- niet direct wordt gebruikt voor onze energiehuishouding zal als glycogeen worden opgeslagen in onze lever en onze spieren. Deze glycogeenvoorraden zullen vervolgens worden aangesproken zodra de vraag naar energie toeneemt, bijv. tijdens een voetbalactiviteit.
- Vetten worden afgebroken tot vetzuren en glycerol, die vervolgens direct kunnen worden gebruikt als bron van energie of kunnen worden opgeslagen als triglyceriden in het vetweefsel van ons lichaam. Ook deze vetreserves kunnen evt. later worden aangesproken wanneer de vraag naar energie toeneemt.
- Eiwitten worden niet primair gebruikt als energiebron, maar dienen vooral als bouwstoffen voor de opbouw en herstel van weefsels. Daarnaast worden eiwitten ook gebruikt voor de aanmaak van enzymen (versnellen allerlei biochemische processen in ons lichaam) en hormonen (reguleren de activiteit van cellen en organen).
De koolhydraten en vetten die niet worden opgeslagen, maar direct worden ingezet als energiebron dienen eerst te worden omgezet naar Adenosine Tri Phosphate (ATP). In het volgende blog zullen we verder ingaan op dit energierijke fosfaat.
Noot:
- Om maximaal te kunnen presteren zal er niet alleen aandacht moeten zijn voor optimale voeding; er zal ook sprake moeten zijn van voldoende vochtinname
- Naast de genoemde koolhydraten, vetten en eiwitten worden ook vitamines en mineralen uit onze voeding gehaald.
We komen in latere blogs nog uitvoerig terug op beide onderwerpen.
Reactie plaatsen
Reacties