In dit blog gaan we verder in op het aandeel van de energiesystemen in de energiebehoefte tijdens het spelen van partijvormen. Daarbij zullen we de partijvormen bespreken op basis van de meest gehanteerde indeling (o.a. Clemente et al., 2023): groot (9v9 - 11v11), middelgroot (5v5 - 8v8) en klein (2v2 - 4v4).
In de praktijk wijk ik trouwens iets af van deze indeling en daar is in principe niets mis mee, want zoals we in het vorige blog al gezien hebben, is er sprake van een arbitraire indeling, een indeling die open staat voor discussie. Zelf hanteer ik: groot (9v9 - 11v11), middelgroot (6v6 - 8v8) en klein (3v3 - 5v5). Voor mij staat 2v2 te ver af van een “partijvorm”; Ik zie 2v2 meer als het spelen van een duel.
Gemakshalve gaan we ervan uit dat we over voldoende spelers beschikken, zodat we elke partijvorm kunnen kiezen. Natuurlijk is dit in de dagelijkse voetbalpraktijk niet altijd mogelijk, zelfs niet in het betaalde voetbal.
Tevens zal er een indicatie worden gegeven van de relatieve veldgrootte die we kunnen hanteren per veldspeler. Onder veldspelers verstaan we het aantal spelers per team, uitgezonderd de doelverdediger. Dit wil uiteraard niet zeggen dat de keeper tijdens de partijvormen niet belangrijk is, maar voor de berekening van de veldgrootte nemen we hem/haar niet mee.
Grote partijvormen: 9v9 - 11v11 / 250 - 357 m2 per veldspeler
Gezien de spelersaantallen en de veldafmetingen die we bij de grote partijvormen gebruiken, ligt deze partijvorm het dichtst bij de wedstrijd. En dus zal het zuurstofsysteem, net als in een wedstrijd (zie ook blog 12), verreweg de grootste bijdrage leveren aan de totale energiebehoefte (Bangsbo et al., 2007; Dolci et al., 2020). De grote partijvormen zijn dan ook bij uitstek geschikt voor het trainen van het zuurstofsysteem.
Tijdens de voorbereiding verdienen extensieve trainingsvormen, zoals grote partijvormen, veel aandacht. Een brede aerobe basis is een voorwaarde om als speler langer anaeroob te kunnen presteren tijdens de wedstrijdperiode. Op basis van eigen ervaringen ben ik ervan overtuigd dat het trainen van veel omvang in de voorbereiding zijn vruchten zal afwerpen gedurende de rest van het seizoen. Het belang van een goed ontwikkeld zuurstofsysteem wordt helaas maar al te vaak onderschat. Vaak willen we té snel naar intensiteit en is er te weinig aandacht voor het trainen van voldoende omvang.
Praktijkvoorbeeld berekening veldgrootte…
Wanneer we 10v10 willen spelen, hebben we te maken met 18 veldspelers. Stel dat we ervoor kiezen om 300 m2 per veldspeler te hanteren (dus ongeveer in het midden van het bereik: 250 - 357 m2 per veldspeler), dan betekent dit dat de oppervlakte van het speelveld 5.400 m2 bedraagt (18 veldspelers x 300 m2 per veldspeler). In dit geval zou je bijv. kunnen kiezen voor veldafmetingen van 90 x 60 meter.
In blog 20 zullen we de middelgrote partijvormen en de kleine partijvormen bespreken.
Referenties
Bangsbo, J., Iaia, F., M., & Krustrup, P. (2007). Metabolic response and fatigue in soccer. International Journal of Sports Physiology and Performance, 2, 111-127.
Clemente F. M., Moreira Praça G., Aquino R., et al. (2023). Effects of pitch size on soccer players’ physiological, physical, technical, and tactical responses during small-sided games: a meta-analytical comparison. Biology of Sport, 40 (1), 111–147.
Dolci F., Hart N. H., Liding A. E., Chivers P., Piggot B., & Spiteri T. (2020). Physical and energetic demand of soccer: A brief review. Strength and Conditioning Journal, 42 (3), 70-77.
Reactie plaatsen
Reacties