Zoals we in het vorige blog al aangaven, gaan we in de komende blogs verder in op de ruimtes, de veldgroottes die we bij de verschillende partijvormen kunnen hanteren. Het betreft hier eigen berekeningen, dus de gehanteerde veldgroottes zijn arbitrair…
Wil je als professionele voetbalclub kunnen deelnemen aan de Europese competities, dan dienen de afmetingen van het speelveld te voldoen aan de daarvoor geldende internationale normen: 105 m (l) x 68m (b). Deze afmetingen resulteren in…
- Een totale veldoppervlakte van 7.140 m2
- Een relatieve veldgrootte per veldspeler van 357 m2.
Deze relatieve veldgrootte per veldspeler wordt verkregen door de totale veldoppervlakte te delen door het totale aantal veldspelers (minus de keepers)...
7.140 m2 : 20 veldspelers = 357 m2.
Zoals we in blog 23 al hebben besproken, willen we tijdens trainingen het liefst situaties terugzien die ook kunnen voorkomen tijdens de wedstrijden. Dus zullen de relatieve veldgroottes die we hanteren tijdens de verschillende partijvormen niet te veel mogen afwijken van de relatieve veldgroottes tijdens wedstrijden. De grootste partijvorm (11v11) wordt dan ook vaak gespeeld op het volledige speelveld zodat deze partijvorm zoveel mogelijk identiek is aan de wedstrijdsituatie.
Echter, het moderne voetbal speelt zich meestal af in kleinere ruimtes. Ruimtes waarbij de veldspelers zich vaak bevinden op een speelgebied dat slechts 30-50% bedraagt van de totale veldoppervlakte. Zo zal de laatste lijn van de aanvallende partij vaak opschuiven tot aan de middellijn, terwijl de verdedigende partij vaak zo lang mogelijk uit de “eigen 16” wil blijven. De relatieve veldgroottes per veldspeler kunnen tijdens deze spelsituaties dan ook variëren tussen ca. 100 m2 en 180 m2. We zullen dus ook in deze kleinere ruimtes moeten trainen en doen dat vaak tijdens de middelgrote en kleine partijvormen.
In het volgende blog zullen we verder ingaan op de relatieve veldgroottes die we hanteren bij de grote, middelgrote en kleine partijvormen.
Reactie plaatsen
Reacties